Voor Fluide realiseert Xavier Rijs een oeuvre dat niet zozeer moet worden bekeken, maar beleefd. Vanuit verschillende paden en wegen van het bos van Le Grand Bon Dieu stuurt hij aan op een denkoefening over de levenscyclus en over de verhouding tussen oud en jong. In Thuin werkt Xavier Rijs met het stedelijk meubilair (of wat er van rest) dat zich her en der in het bos bevindt om nieuwe publieke banken te creëren en jonge bomen aan te planten. De oude bomen ondersteunen, stutten en beschermen het jonge geweld en nodigen de wandelaar uit om even op adem te komen, te mediteren, te palaveren of te spelen. Een interventie dus die een verlengstuk geeft aan het leven van de boom door er een levende sculptuur van te maken en de hedendaagse bekommernissen inzake de intergenerationele dialoog een materiële invulling te geven. Voor dit project, van idee tot uitvoering, kreeg Xavier Rijs overigens het gezelschap van zijn zoon Thibaut. Hij wilde dit werk met hout, dat veel verder gaat dan een filosofische en artistieke denkoefening over de boom, graag uitwisselen en delen.
« La vie se perpétue dans un cycle mythique où les vieux sages (ou moins sages) méditent sur la vie passée et la vie à venir, où les amoureux plongent dans la sève qui relie terre et ciel, où les jeunes (ou moins jeunes) jouent dans l’insouciance (et l’indifférence ?) de la nature. Ceci amène l’idée que le projet n’est complet qu’avec la présence humaine. Pour le dire autrement, les propositions plastiques n’auraient de valeur qu’avec cette présence: elles sont plus un espace à vivre qu’une œuvre à voir et la vraie sculpture serait peut-être la personne qui s’y pose… » X. Rijs. (Het leven gaat door in een mythische cirkel waar de oude wijze (of minder wijze) mannen mediteren over het verleden en de toekomst, waar verliefden zich verliezen in het sap dat aarde en hemel verbindt, waar jonge (of minder jonge) mensen spelen in de zorgeloosheid (of onverschilligheid) van de natuur. Dat mondt uit in de idee dat alleen de menselijke aanwezigheid het project rond maakt. Of, met andere woorden: die plastische uitingen hebben slechts waarde dankzij die menselijke aanwezigheid: ze zijn veeleer een leefomgeving dan wel een te aanschouwen werk en het echte beeldhouwwerk is misschien wel de persoon die er plaats op neemt …”).