De kapel Notre-Dame de Lourdes, een restant uit een periode waar religieuze overtuigingen vaak werken belichaamd in stenen bouwsels, werd opgetrokken in 1858, kort na de verschijningen van Lourdes en in het zog van het volksgeloof dat er snel op volgde.
De noordelijke vestingmuren stonden open voor devotie, aangezien er sinds de 18e eeuw een andere kapel bestond aan de voet van de stadsmuren, die aan Sint-Rochus was gewijd. Ze werd vernield tijdens de revolutie en werd vervangen door een bescheiden muurnis … maar de naam “rue Saint-Roch”, die bleef ongeschonden …
De kapellen in de noordelijke stadsmuren waren waarschijnlijke welkome bakens in de stad: ze droegen bij aan de zielenrust en waren wellicht ook een heilzame stop voor die buiten adem was geraakt tijdens de steile klim naar de Bovenstad …